dinsdag 19 maart 2024

Volksverhalen Almanak


Zhuang Zi: De timmerman en het overtollige hout


Zhuang Zi: De timmerman en het overtollige houtTimmerman Shi ging naar Qi. Bij Quyu gekomen zag hij een eik als heilige boom van het altaar van de Aarde. Hij was zo groot dat duizenden runderen eronder konden schuilen. Zijn omvang was wel honderd el. Hij was zo hoog als een berg. Pas op tien vadem hoogte kwamen de eerste takken. Er waren meer dan tien zijtakken, die zo dik waren dat men er boten van kon maken.
Het stond er zo vol met kijkers dat het was alsof er markt gehouden werd. Maar de timmerman keek niet op of om, en vervolgde zijn weg zonder te stoppen. Zijn leerling echter stond stil en, nadat hij zich er vol aan had gekeken, holde hij de meester achterna, en zei: "Meester: sinds ik bijl en beitel heb opgenomen om u te volgen, heb ik nog nooit zulk prachtig materiaal gezien. Maar u keurt het geen blik waardig en loopt door zonder ook maar één keer te stoppen. Waarom is dat?"
"Hou op! Praat me er niet van! Dat is overtollig hout. Maak er een boot van en hij zinkt. Een doodskist? Hij verrot meteen. Een gebruiksvoorwerp? Het gaat dadelijk kapot. Een deur? Die blijft nat van de hars. Een steunpilaar? Daar komen insecten in. Dit is hout dat nergens toe dient, dat nergens voor kan worden aangewend, en om die reden heeft die boom zo oud kunnen worden."
Toen de meestertimmerman thuis was gekomen, verscheen de heilige eikenboom aan hem in een droom, en sprak: "Waar dacht je mij wel mee te vergelijken? Wilde je zeggen dat ik 'overtollig hout' was? Appelen, peren, mandarijnen, pomelo's en de vruchten van andere bomen: ze worden afgerukt zodra ze rijp zijn. Daardoor worden die bomen gekwetst, hun grote takken afgebroken en hun twijgjes vernield. Dat is je hele leven narigheid ondervinden vanwege je bekwaamheden. Om die reden kan ook geen van hen zijn door de hemel bestemde levensloop volbrengen, maar sterven ze allemaal voortijdig wanneer ze pas op de helft zijn. Ze zijn het zelf die zich deze algemeen gangbare geweldplegingen op de hals halen, en met andere wezens is het ook zo gesteld. Daarom ben ik allang geleden gaan proberen om volstrekt nutteloos te worden. Vaak kwam ik er dichtbij, en nu heb ik het bereikt. Dat is voor mij van het grootste nut. Als ik ooit enige nuttigheid gehad zou hebben, zou ik dan zo groot hebben kunnen worden? Laten we daarbij ook nog bedenken dat we allebei maar schepsels zijn. Hoe kunnen schepsels elkaar beoordelen? Hoe kan een overtollig mens zoals jij, die bovendien weldra gaat sterven, weten wat een overtollige boom is?"
De meestertimmerman werd wakker en vertelde over zijn droom. Zijn leerling zei: "Als het zijn doel is om nutteloos te zijn, hoe komt het dan dat hij een aardgod geworden is?"
"Stil! Hou je mond! Dat is ook maar een soort toevlucht van hem, omdat anders zij die hem niet begrijpen kwaad van hem zouden spreken. Als hij geen aardgod was, zou hij misschien toch niet aan de bijl ontkomen! En laten we bedenken dat de manier waarop hij zichzelf beschermt anders is dan die algemeen gangbaar is. Hem met gewone normen beoordelen, sla je dan de plank niet al te ver mis?"
***
Ziqi van de Zuiderwal wandelde eens over de Heuvel van Shang, en zag daar een grote boom. Duizend vierspannen konden schuilen in zijn schaduw. "Wat is dat voor een boom? Die moet welzeker over bijzondere eigenschappen beschikken," zei Ziqi. Hij keek omhoog en zag de takken: ze waren allemaal krom en ongeschikt om er balken of planken van te maken. Daarna keek hij omlaag naar de grote stam en zag dat die zo vol spleten zat dat je er onmogelijk doodskisten uit kon maken. Als je aan de bladeren likte, deed je je pijn en ging je mond zweren; als je de lucht van de boom opsnoof, werd je er zo door bedwelmd dat het na drie dagen nog niet over was. "Dit is werkelijk een boom die nergens toe dient," zei Ziqi. "Geen wonder dat hij zo groot heeft kunnen worden. Ach, de goddelijke mens! Door een dergelijk gebrek aan nuttige eigenschappen is hij geworden wat hij is!"
In Song, in de streek van Jing, is de grond geschikt voor trompetbomen, cipressen en moerbeibomen. Als ze dikker dan een handbreedte zijn, worden ze gezocht door hen die een paal zoeken om hun aap aan vast te maken, en dus omgehakt; als ze drie of vier el in doorsnede zijn, dan worden ze geveld door hen die een nokbalk voor een statige woning zoeken; als ze zeven of acht el in doorsnede zijn, worden ze gezocht door adellijke families of die van rijke kooplieden, als zijplanken voor doodskisten. Geen van deze bomen zal daarom tot zijn door de hemel bestemde jaren blijven leven, maar vroegtijdig, in het midden van zijn levensloop, door de bijl aan zijn eind komen. Dat is de ellende die hun goede eigenschappen hen berokkenen. En zo ook wanneer het om een zoenoffer gaat, dan zijn runderen met een wit voorhoofd, varkens met een naar boven gedraaide snuit en mensen met aambeien ongeschikt om aan de god van de Gele Rivier te worden geofferd. Daar weten sjamanen en voorbidders alles van. In hun ogen zijn het dan ook ongeluk brengende wezens. En dat is nu precies wat een goddelijk mens als bij uitstek als gelukkig beschouwt!
*   *   *
Samenvatting
Een taoïstisch verhaal over nuttig en nutteloos zijn. Twee taoïstische verhalen uit de Zhuangzi over een timmerman die het hout van een boom als nutteloos bestempeld. Het is maar vanuit welk perspectief je de begrippen nuttig en nutteloos bekijkt...
Toelichting
Het 'altaar van de Aarde' is de heilige plaats waar de bevolking van een dorp of straat haar offers aan de aardgod brengt. Traditioneel werd deze aardgod vereenzelvigd met een grote boom. Vaak werden er markten gehouden bij deze heiligdommen.
Zhuang Zi was een taoïstisch filosoof en leefde in de vierde eeuw voor onze jaartelling. Zijn werk heeft grote invloed gehad op de filosofie en de kunsten van het Verre Oosten.
Trefwoorden
Basisinformatie
Thema
Feest / viering
Populair
Verder lezen