dinsdag 19 maart 2024

Volksverhalen Almanak


De heks Dandha


Lang geleden was er eens een koning, zijn naam was Raghu. Hij was een moedig strijder, had het verstand van een wijze en sprak een ieder altijd beleefd toe. Zijn koninkrijk was zeer groot en onder zijn volgelingen telde hij vele prinsen. Zijn onderdanen behandelde hij als zijn eigen kinderen. Hij was rechtvaardig en als de oogst mislukt was en er dreigde hongersnood, dan opende hij de graanschuren van het paleis, zodat niemand gebrek hoefde te lijden.
Op een dag stond er een groep dorpelingen voor het paleis. Ze wilden de koning spreken. Ze werden binnengelaten en toen ze voor hem stonden begonnen ze luid te jammeren. Zoiets had koning Raghu in geen jaren meegemaakt, hij was toch altijd goed voor zijn mensen geweest, wat konden ze dan nu te klagen hebben? Hij beval hen stil te zijn en vroeg wat er aan de hand was. "O genadige heer, wees niet boos, het is niet over u dat we te klagen hebben," antwoordde een dorpeling. "Zo, wat is het dan dat jullie zo mishaagt?" vroeg de koning. De man sprak weer: "Er is een heks in het land, Dandha genaamd. Dag en nacht sluipt ze rond in ons dorp. Als ze onze kinderen ergens ziet spelen springt ze opeens tussen hen in en maakt de meest afschuwelijke geluiden. De kinderen durven niet meer alleen het huis uit, ze zijn als de dood voor haar. Maar dan, zonder dat we het zien, komt ze onze huizen binnen en begint daar ons kroost te kwellen. En als ze eenmaal binnen is, kun je haar er met geen mogelijkheid meer uitkrijgen. We hebben van alles geprobeerd om van deze kwelgeest af te komen, maar niets helpt, geen amulet, geen toverformule. Helpt u ons alstublieft. Doet u iets om onze kinderen van deze pest te bevrijden." - "Goed," zei koning Raghu, "ik zal zien wat ik kan doen."
Maar de dorpelingen waren nog niet weg of er kwam al een andere groep haar opwachting maken. Ook zij kwamen zich beklagen over het gedrag van de heks. En na deze groep kwam er een andere en daarna weer een andere, de hele dag door en alle mensen kwamen met dezelfde klacht.
De volgende dag was een herhaling van de vorige, het was een komen en gaan van dorpelingen. Het leek wel alsof alle onderdanen van het rijk zich om het paleis verzameld hadden, want niemand wilde terug naar huis voordat ze de verzekering hadden dat ze daar in vrede konden leven.
Koning Raghu zat er behoorlijk mee in z'n maag en hij stapte naar de wijze Narada. Wellicht had hij een oplossing voor dit probleem. Nadat de koning hem op de hoogte had gesteld van deze ongewone situatie, sprak de wijze man: "Geen nood, ik weet wel hoe we van deze lastpost af kunnen komen, we zullen haar eens een koekje van eigen deeg geven. Het is vandaag de laatste dag van de maand Phalgun, vanavond zal de volle maan aan de hemel rijzen. Zeg tegen je onderdanen dat ze niet meer bang hoeven te zijn en dat ze feest moeten vieren, laat ze lachen, zingen en dansen. Stuur de kinderen gewapend met houten zwaarden de straat op en laat ze schreeuwen zoals soldaten die ten strijde trekken. Maak een groot vreugdevuur en zorg dat iedereen er zeven keer omheen loopt. Terwijl ze om het vuur gaan, moeten ze 'Kila, Kila' roepen zo hard als ze kunnen. Laat ze zingen en dansen, schelden en alles uitroepen wat maar in hun hoofd opkomt. Laat vooral de kinderen meedoen. Die moeten schateren van het lachen."
Wat twijfelend of dit nou wel het middel was om de heks te pakken, keerde de vorst terug naar zijn paleis. Hij deed maar wat de wijze hem had aangeraden en weldra brandde er een huizenhoog vuur voor het paleis en kon men het gekrakeel van scheldende, lachende en zingende mannen, vrouwen en vooral kinderen tot ver in de omgeving horen.
De heks liep ondertussen verveeld door de straten van een nabijgelegen dorp. Overal waar ze kwam stonden de huizen verlaten en er was niemand die ze de stuipen op het lijf kon jagen. Toen ze het lawaai hoorde dat uit de richting van het paleis kwam, snelde ze erop af. Maar wat een taferelen rond het gebouw! Kinderen scholden hun ouders uit, vrouwen hun man. En dan die liedjes, nog nimmer had ze zo iets onbeschaamds gehoord! Ze dacht: iedereen is gek geworden en ginds die enorme vlammen, zeker moet dit het einde van de wereld zijn. Ik moet zorgen dat ik hier zo snel mogelijk vandaan kom. En zo hard als ze kon rende ze weg en niemand heeft ooit nog last van haar gehad.
*   *   *
Samenvatting
Een Indiase legende bij Holika Dahan en Holi. De kinderen van een koninkrijk worden gepest door een oude vrouw. Wanneer de ouders bij de koning hun beklag doen, gaat hij raad vragen bij Narada. Die geeft het advies om op de laatste dag van de maand Phalgun een groot vuur te ontsteken en de kinderen er omheen te laten dansen en zingen. De heks gaat vanzelf op de vlucht.
Toelichting
Op de laatste dag van de maand Phalgun vindt in de hindoeïstische traditie het feest Holika Dahan plaats. Op die avond wordt een brandstapel ontstoken die het kwaad symboliseert en is de vooravond van Holi.
Trefwoorden
Basisinformatie
Thema
Feest / viering
Populair
Verder lezen