dinsdag 19 maart 2024

Volksverhalen Almanak


De ontrouwe echtgenote


Er was eens een oude man die tegen zijn zoon zei: "Ik wil dat je met een maagdelijke vrouw trouwt." Maar het was moeilijk om een maagd in het dorp te vinden. De zoon ging op zoek en eindelijk vond hij iemand. Deze vrouw was echter geen maagd meer, maar zij had haar zinnen gezet op een huwelijk met hem. Zij zei tegen haar vader: "Als hij bij je op bezoek komt, zeg dan dat ik nog maagd ben." Haar vader antwoordde: "Hoe kan ik dat nu zeggen, want je bent immers al getrouwd geweest." - "Je moet toch 'ja' tegen hem zeggen en dan zul je wel zien." De jongeman kwam op bezoek om met haar vader te spreken. Hij kreeg de dochter niet te zien. Dat mocht niet voor het huwelijk. De mannen spraken met elkaar. De vader zei: "Ik heb een dochter, ze is maagd, maar ze is erg verlegen." Zij werden het eens, maakten afspraken over de bruidsschat en over het huwelijk en de vrouw trouwde met de jongen.
Nu wist de hele buurt dat zij geen maagd meer was en dat de jongen zo de belofte aan zijn vader niet had kunnen nakomen. De jongen zelf had niets in de gaten, onervaren en naïef als hij was. Voor zijn sterven had zijn vader hem echter een geheim verteld, waardoor hij een heel rijk man was geworden. Zijn vader had hem een grot vol schatten laten zien en hij had erbij gezegd: "Alleen als je vrouw eerlijk en oprecht is, mag je het haar laten zien." Elke avond ging de jongeman een kijkje nemen om te zien of alles nog in orde was en op zijn plaats stond.
Op een dag probeerde zijn vrouw hem stiekem te volgen, maar hij merkte het al snel. Hij deed echter alsof hij niets in de gaten had en hij zei tegen zichzelf: "Als ze mij volgt, dan is dat om te zien of ik een schat bezit. Ik wil weten of ze werkelijk van me houdt." De volgende dag ging hij naar een vriend toe en deed net alsof hij ruzie met hem maakte. Daarna deed de vriend alsof hij hem zo'n harde klap op zijn ogen gaf dat hij er blind van werd. In werkelijkheid kon hij gewoon zien, maar hij wilde zijn vrouw op de proef stellen. Hij ging naar huis terug met een doek voor zijn ogen gebonden, alsof hij gewond was.
Toen zij hem zag, speelde ze komedie en riep: "O wijze God, o mijn arme man!" alsof zij erg met hem begaan was. Zo hielden zij elkaar voor de gek.
Nu had zijn vrouw inmiddels een minnaar die slager was. Die kwam elke dag langs met wat lekkere hapjes vlees. Zij aten samen de beste stukjes op en de vrouw gaf de restjes aan haar blinde man. De slager en de vrouw zaten dan gewoon met elkaar te kletsen, maar haar man kon natuurlijk alles zien vanachter zijn blinddoek. De vrouw zei dan: "Het is je buurman die is gekomen om eens te zien hoe het met je gaat." Dat duurde zo een maand.
Hij wachtte geduldig, totdat op een dag zijn vrouw met haar minnaar thuiskwam en zij hem aantroffen zonder blinddoek. Ze vroeg geschrokken: "Kun je weer zien?" En hij antwoordde: "Ja, ik heb alles van het begin tot het eind gezien! Ik ben met je getrouwd, omdat ik dacht dat je trouw zou zijn. Ik geloofde dat je van me hield, maar het was je alleen om mijn geld te doen. Ik hoopte dat je van me zou houden ook al was ik blind. Maar je bent ontrouw geweest en je hebt me teleurgesteld." Toen gingen ze van elkaar scheiden. Maar de vrouw had een tijdje daarvoor de schat weggehaald uit de grot en ergens anders heen gebracht.
"Ha, eindelijk is het zover," zei ze, "ik heb mijn schat! Hij zal denken dat alles nog op z'n plaats staat." Maar hij had best gezien dat zijn vrouw alles had verplaatst en hij zei tegen haar: "Je moet alles weer terugzetten, alle grote kruiken vol goud!" Toen zij de schat wilde terugbrengen zag ze dat er geen enkel goudstuk meer in de kruiken zat! Wie had dat gedaan? Het was de slager, haar minnaar, die alles had weggenomen. Hij had op zijn beurt de vrouw bedrogen. Nog voor de man 'blind' was geworden, had zij de slager toevertrouwd hoeveel rijkdommen hij bezat. De slager had vanaf dat moment toneel gespeeld en gedaan alsof hij van haar hield om erachter te komen waar de schat te vinden was. Zij had hem die laten zien en hem zelfs uitgenodigd aan tafel te zitten met haar man.
Zo werd de vrouw gestraft. Zij huilde bittere tranen: "O, o, ik ben bedrogen," snikte zij. En haar man zei tegen haar: "Jij hebt mij bedrogen, je bent zelf ook bedrogen, en nu heb je helemaal niets meer. Je had een man, je had een fortuin, en nu is alles weg."
*   *   *
Samenvatting
Een volksverhaal uit Marokko. Bedrog loont niet, blijkt maar wanneer uiteindlijk alles verloren is.
Toelichting
Marokkaanse verteltraditie.
Trefwoorden
Basisinformatie
Thema
Bron
"Volksverhalen uit kleurrijk Nederland. List en Bedrog Verhalen over gastvrijheid, eerlijkheid, list en bedrog, uit de Chinese, Joodse, Nederlandse, Indiase, Turkse, Surinaamse, Marokkaanse en Indonesische verteltraditie" verschenen bij Uitgeverij Lemniscaat, Rotterdam, 1991.
Populair
Verder lezen