dinsdag 19 maart 2024

Volksverhalen Almanak


De drie Berlijnse linden


Vele, vele jaren geleden stonden in Berlijn op een kerkhof, vlakbij het Heilige Geestziekenhuis, drie prachtige linden met een geweldige bladerkroon. Ieder jaar, als het hun tijd was, bloeiden deze drie linden als één reusachtig boeket. Ze brachten de mensen het genot van hun koele schaduw en gaven de bijen honing. Maar eens, hoewel het misschien ongelooflijk klinkt, hebben ze zelfs aan drie mensen het leven geschonken.
Dat kwam zo. In Berlijn leefden destijds drie broers, een drieling, die erg aan elkaar verknocht waren. De een deed geen stap zonder de anderen, ze hielpen elkaar waar ze maar konden en deelden vreugde en leed. Maar boven alles verbond hen de zekerheid, dat elk van de broers bereid was, voor de anderen zijn leven te geven, als dat nodig mocht zijn.
Nu was er, juist in de streek waar de drieling woonde, een laffe sluipmoord gepleegd. Door een ongelukkige samenloop van omstandigheden werd een der broers van de moord beschuldigd. Misschien werden er valse getuigen gevonden, misschien was men verkeerde aanwijzingen op het spoor, er is niemand meer die zich nu nog kan herinneren hoe het gebeurd is. Maar de vermoedelijke dader werd in de gevangenis geworpen en ter dood veroordeeld, hoewel hij tot het laatste ogenblik zijn onschuld volhield.
Na de uitspraak gingen de beide andere broers naar het gerechtsgebouw. Ze lieten zich bij de rechter aandienen en smeekten hem, gehoord te mogen worden. Op de vraag van de rechter, wat ze wensten, verklaarden de broers zich beiden schuldig aan de moord, omdat ze niet meer konden aanzien, zo zeiden ze, hoe hun arme broer dankzij hen onschuldig in de gevangenis zat.
Toen de gevangene dit hoorde, riep hij dadelijk om de gevangenbewaarder en eiste, eveneens voor de rechter gebracht te worden. En, of jullie het geloven of niet, voor de rechter verklaarde hij, dat hij zijn geweten wilde ontlasten en zijn daad wilde bekennen.
De rechter was nu werkelijk ten einde raad. In plaats van één schuldige had hij er nu drie, en ieder van hen hield vol de moord gepleegd te hebben.
Hij wendde zich in zijn radeloosheid tot de keurvorst, die het land met strakke hand regeerde en van wie hij, in dit uitzonderlijke geval toch wel enige hulp mocht verwachten!
De keurvorst dacht lang over de zaak na. En daar hier blijkbaar menselijke kracht tekortschoot meende hij, een hogere macht in te moeten schakelen. Hij besloot, dat elk der broers op een nog aan te wijzen plaats een jonge linde zou planten; niet met de wortels, maar omgekeerd, met de kruin in de grond. En de linde, die geen wortel zou schieten en zou afsterven, die moest door moordenaarshand geplant zijn.
Zo luidde zijn beslissing.
En kijk! Geen der linden stierf af. Met de komst van de lente veranderden de wortels in takken, die al spoedig vol bladeren waren en nieuwe loten schoten.
Daardoor werd de onschuld van de drie broers bewezen, die daarna onmiddellijk uit de gevangenis werden vrijgelaten.
De drieling leefde nog lange tijd gelukkig en tevreden, elkaar helpend in goede en in kwade tijden, en elkaar toegedaan als nooit tevoren.
*   *   *
Samenvatting
Een kort Duits verhaal over een drieling. Een man komt in de gevangenis als verdachte van een sluipmoord. Zijn twee broers gaan naar de rechter en zeggen dat zij de schuldige zijn. De drie mannen moeten elk een linde planten, maar met de kruin in de grond. Als een linde het niet overleeft, dan is deze geplant door de moordenaar.
Trefwoorden
Basisinformatie
Populair
Verder lezen