zaterdag 7 december 2024

Volksverhalen Almanak


De kinderen van de Westman-eilanden


Er waren eens een broer en zuster. Zij leefden lang geleden op de Vestmannaeyjar (de Westman-eilanden) en zij waren van goede familie. Op een dag werd het meisje zwanger. En omdat de broer en zijn zuster elkaar erg graag mochten, verbreidden boze tongen het gerucht, dat zij beiden als man en vrouw leefden, en de broer bij zijn zuster een kind verwekt had.
Dit gerucht kwam ook de rechter van de eilanden ter ore en hij moest nu wel, of hij wilde of niet een onderzoek instellen. Het hielp niets, of de broer al bestreed aan deze misdaad schuldig te zijn, of dat de zuster een andere man, die van de eilanden weggegaan was, als de vader van het kind aanwees. En omdat toen de misdaad van bloedschande op IJsland zwaar gestraft werd - ofschoon de overheid - zoals in vele dergelijke gevallen - geen ander bewijs had, dan de verdenking, werd de doodstraf uitgesproken.
Toen de broer en zuster naar de plaats van terechtstelling gebracht werden, waar zij hun leven moesten laten, baden zij God met tranen in hun ogen, om na hun dood hun onschuld te mogen bewijzen aan die mensen, die hieraan tijdens hun leven niet wilden geloven. Bovendien smeekten zij hun ouders, ervoor te willen zorgen, dat zij op hetzelfde kerkhof in één graf begraven zouden worden. Toen werden zij ter dood gebracht. En met veel moeite en misschien door veel kostbare giften aan de kerk en zijn dominee, zoals het toen overal de gewoonte was, wisten de ouders gedaan te krijgen, dat hun kinderen op het kerkhof begraven werden. Maar in hetzelfde graf mochten zij niet. De ene werd ten zuiden, de andere ten noorden van de kerk begraven. En daar lagen zij nu.
Nadat er enige tijd overheen was gegaan, merkten de mensen, dat uit elk graf een kleine lijsterbes groeide. Deze takken groeiden altijd verder en werden telkens groter, totdat zij over de nok van het kerkdak bijeenkwamen. En toen dachten de mensen dat God deze takken had laten groeien, om daarmee de levenden de onschuld van de doden te tonen. En het ineenslingeren van de twijgen van deze bomen over de nok heen scheen de mensen een bewijs voor de onschuldige liefde van deze kinderen en voor hun verlangen, na hun dood tezamen in één graf te mogen rusten.
Zo stonden en groeiden de beide lijsterbesstruiken lange tijd op het kerkhof, tot eens op een dag, in het begin van de 17e eeuw, de schandelijke Turken de Westman-eilanden bezochten, goederen en mensen roofden, en allerlei misdaden bedreven, zoals genoegzaam bekend is. Eén van de gewelddadigheden der Turken bestond daarin, zegt men, dat zij de beide lijsterbessen omhakten. En zij dreigden, naar de eilanden terug te keren en ze weer zo te verwoesten en te beroven, wanneer deze bomen weer even groot waren als op dat moment.
Maar men heeft nooit meer gehoord, dat de bomen sedertdien weer gegroeid zijn. En dat beschouwt men als een genade Gods; want wanneer dat gebeurd was, hadden de Turken beslist woord gehouden.
*   *   *
Samenvatting
Een IJslandse sage over bloedschande tussen broer en zus. Een broer en zus worden beschuldigd van bloedschande wanneer het meisje zwanger blijkt te zijn. Niets helpt om hun onschuld te bewijzen en beide kinderen worden ter dood veroordeeld. Uit hun beide graven groeit een lijsterbes die lang op het kerkhof zichtbaar is. Totdat de Turkse invasie plaatsvindt...
Toelichting
De Westman-eilanden (Vestmannaeyjar) is de naam van een groepje eilanden en de gelijknamige stad op ongeveer 11 km voor de zuidwestkust van IJsland. Hun naamgeving voert terug tot ongeveer het jaar 870 na Christus. Volgens het oude IJslandse manuscript Landnámabók begon de kolonisatie van IJsland met de aankomst van de Noor Ingólfur Arnarson bij haar zuidkust. Onder zijn gevolg was zijn pleegbroer Hjörleifur Hróðmarsson, die een jaar na aankomst door zijn slaven werd vermoord (deze plek op IJsland heet nu Hjörleifshöfði). Ze vluchtten daarop naar een groepje eilanden voor de kust, en hoopten zo aan de toorn van Ingólfur te ontsnappen. Helaas voor hen kwam hij toch achter ze aan en hij slachtte ze allemaal af, de weduwen nam hij echter mee terug. Deze onfortuinlijke slaven kwamen oorspronkelijk uit Ierland, en werden de Westmannen (IJslands: Vestmenn) genoemd omdat men er in die tijd vanuit ging dat Ierland het meest westelijk gelegen land was. Ter nagedachtenis aan deze gebeurtenis werd de archipel toen Vestmannaeyjar, ofwel Westman-eilanden genoemd. Ingólfur Arnarson noemde later de plek waar hij zich permanent ging vestigen Reykjavik; de plaats die later zou uitgroeien tot de hoofdstad van IJsland.
In 1627 werd het zuiden van IJsland aangevallen door Algerijnse of Marokkaanse piraten, aangevoerd door de Nederlander Jan Jantzen. De bewoners op het vasteland konden aan hun wreedheden ontkomen doordat ze de lavavelden op konden vluchten, maar de Westman-eilanders zaten in de val. Velen zijn vermoord, en ca. 240 overlevenden werden als slaaf naar Algerije afgevoerd. Na betalen van losgeld door de Deense koning keerden slechts 13 personen terug. De aanval werd (en wordt nog steeds) door de IJslanders de Turkse invasie genoemd, omdat men het onderscheid tussen de diverse islamitische landen niet kende.
Er doen meerdere heroïsche verhalen uit deze periode de ronde: bijvoorbeeld over Guðrún Símónarsdóttir, beter bekend als Turkse-Gudda, die haar weg via Tunesië, Italië en Denemarken terug naar IJsland kocht. Uiteindelijk trouwde zij met Hallgrímur Pétursson, naar wie de Hallgrímskirkja in Reykjavik is vernoemd.
Trefwoorden
Basisinformatie
Feest / viering
Populair
Verder lezen