dinsdag 19 maart 2024

Volksverhalen Almanak


De beproeving van Abraham


Op een dag verwonderden de mensen van Abrahams stam zich over de grote hoeveelheden dieren die hij offerde aan Allah. Duizend rammen, driehonderd ossen en honderd kamelen. Hij zei tot het verbaasde volk: "Dat is niets bijzonders. We offeren een deel van onze goederen aan God, die ons het leven schonk. Aan mijn edelmoedige Heer zou ik mijn eigen zoon offeren, als Allah mij een zoon zou schenken!"
Een paar jaar later kreeg Abrahams vrouw Hagar een zoon. Zij noemden hem Ismaël. Abraham was zeer gesteld op dit zachtmoedige en wijze kind. Hij nam hem overal met zich mee op reis en dankte God iedere dag.
Ismaël was nu zeven jaar oud. Op een nacht, het was de achtste van de maand dzu-al-hijja, kreeg Abraham in een droom de opdracht van God om zijn belofte gestand te doen en zijn zoon te offeren. Abraham besloot om honderd kamelen te offeren en smeekte Allah om dit offer in plaats van zijn kind te nemen. Maar de volgende nacht kreeg hij dezelfde droom: "Doe je belofte gestand!" Opnieuw offerde hij honderd kamelen, maar weer kreeg hij dezelfde droom: "Doe je belofte gestand!" Abraham wist nu zeker dat hij Ismaël moest offeren. Toen hij 's morgens opstond, het was nu de tiende van de maand dzu-al-hijja, zei Abraham tegen zijn vrouw Hagar:
"Kom, trek Ismaël zijn beste kleren aan en parfumeer hem met de beste parfum, want ik ga bij mijn Vriend op bezoek en ik neem Ismaël mee." Abraham nam Ismaël bij de hand, ook nam hij een stuk touw en een mes mee. Ze gingen op weg naar Mina, zeseneenhalve kilometer buiten Mekka. Het kind holde en sprong vrolijk voor zijn vader uit. Daar kwam de duivel naar hem toe en zei: "Abraham, wat ben jij voor een vader, dat je je eigen zoon gaat doden?" Maar Abraham antwoordde: "Ik heb dit bevel van de Almachtige God gekregen, die alles weet."
De duivel probeerde toen Hagar aan het twijfelen te brengen door haar de ware reden van de reis te vertellen. Maar het lukte hem niet. Toen vertelde hij Ismaël zelf wat er ging gebeuren, maar ook het kind antwoordde hem, dat wat God beval gedaan moest worden. Abraham en Ismaël zaten nu samen aan de kant van de weg en Abraham vertelde de reden van hun tocht. Ismaël antwoordde: "O vader, volg het bevel van Allah. Ik zal gehoorzamen. Bind mijn handen en voeten vast, opdat ik u in mijn doodsstrijd geen pijn kan doen. Als u jongens van mijn leeftijd tegenkomt, huil dan niet, wees niet bedroefd, want uw verdriet zou mijn ziel kwetsen."
Droevig luisterde Abraham naar de woorden van zijn zoon. Hij bedankte en omhelsde hem en kon zijn tranen niet langer bedwingen.
"Kom, vader," zei Ismaël, "laat ons niet langer wachten om het bevel van Allah te gehoorzamen."
Toen nam Abraham het mes in zijn handen en drukte het op de keel van Ismaël om hem te offeren, maar... o wonder, het mes weigerde te snijden. Verbaasd sleep Abraham het mes opnieuw, maar het liet geen krasje achter op de huid van zijn zoon. Hoe was dit mogelijk? Abraham verloor zijn geduld en smeet het mes op de rots. De rots brak in stukken...
Op wonderbaarlijke wijze begon het mes te praten: "Jij wilt snijden, maar het is de Almachtige, die messen laat snijden. Zelfs niet het kleinste haartje van je zoon zou ik kunnen krenken zonder zijn toestemming."
Ismaël zei: "O vader, laat ons samen de naam van Allah aanroepen, als u het mes op mijn keel zet."
Abraham drukte nogmaals het mes op de keel van zijn zoon en beiden riepen: "Allahu Akbar (God is machtig)," en dezelfde woorden weerklonken uit de hemel: "Allahu Akbar, Allahu Akbar." Het was de stem van de aartsengel Gabriël. Hij verscheen aan Abraham met de woorden: "Abraham, ik breng u de vredesgroet van de Heer van hemel en aarde. Hij schenkt u deze ram om te offeren in plaats van uw zoon."
Vader en zoon waren overgelukkig en begrepen dat er aan hun beproeving een einde was gekomen.
*   *   *
Samenvatting
Een verhaal uit de Koran. Het verhaal van het offer van Abraham zoals geschreven in de heilige islamitische geschriften, de heilige joodse geschriften en de heilige christelijke geschriften.
Toelichting
De zoon Isaäc voor de Joden en Christenen, de zoon Ishmaël voor de Moslims. Isaäc was de zoon van zijn vrouw Saraï en Ishmaël de zoon van zijn bijvrouw Hagar. Saraï wilde dat Abraham Hagar en haar zoon wegstuurde. Isaäc werd zo de stamvader van het Joodse volk, en Ishmaël van het Arabische volk (de Moslims), beiden Semieten, broedervolken, verenigd in hun stamvader Abraham. Nog ieder jaar gedenken de Moslims dit feit in het Offerfeest (Eid al-Adha) wanneer schapen, geiten runderen of kamelen worden geofferd. Het vlees mag zelf worden opgegeten of aan de armen geschonken.
Trefwoorden
Basisinformatie
Thema
Feest / viering
Populair
Verder lezen