Anansi leest de gedachten van de hemelgod
Nyankopon de hemelgod had drie kinderen: Esum de nacht, Israne de maan en Owia de zon. Hij besliste dat ze alle drie in verschillende dorpen moesten wonen. Hij zond ze weg en elkeen bouwde zich een dorp. De hemelgod, die het meest van Owia hield, moest na verloop van tijd één van zijn zonen aanwijzen als zijn opvolger. Hij schilderde een stoel zwart en sprak tot zijn onderdanen: "Wie van jullie kan mijn gedachten lezen?"
Kwaku Anansi de spin stond op en verklaarde: "Ik kan ze lezen." Hij vertelde iedereen dat hij Nyankopons kinderen moest gaan halen en vertrok. Onderweg begon onze vriend een beetje aan zichzelf te twijfelen. Ik zei wel dat ik de gedachten van de hemelgod kan lezen, maar dat was een leugen, dacht hij. Wat moet ik eigenlijk bij zijn zonen gaan doen? De spin plukte één veer van elke vogel die hij op zijn tocht ontmoette en bevestigde die aan zijn lichaam. Op die manier uitgedost vloog hij terug naar het dorp van Nyankopon en landde op een tak van de gyedua-boom. Iedereen begon opgewonden te gillen: "Ye-e-e-e!" want een dergelijke vogel hadden ze nog nooit gezien.
Nyankopon kwam uit zijn huis en zond iedereen weg. Hij mompelde: "Ach, was Anansi maar hier, die zou zeker de naam van deze vreemde vogel gekend hebben. Ik vraag me trouwens af of die spin echt mijn gedachten kan lezen. Dan zou hij weten dat ik het liefst mijn zoon Owia als mijn opvolger zou aanwijzen. Hem acht ik daar het meest geschikt voor. Maar ik moet een proef nemen, waarbij alle drie mijn kinderen een eerlijke kans krijgen. Vandaag heb ik een kintinkyi-yam opgegraven, en aan diegene van mijn kinderen die de naam van de yam weet, zal ik de zwartgeschilderde stoel van de waardigheid geven. Kwaku Anansi gaat ze nu halen. Jammer, hij zou zeker de naam van deze vogel hebben geweten."
Anansi wist genoeg en vloog weg. Toen hij op een veilige afstand was verwijderde hij de veren van zijn lichaam voor hij verderging. Eerst kwam hij aan in het dorp van Esum de nacht. Hij sprak: "Je vader heeft gezegd dat je bij hem moet komen." - "Goed," antwoordde de nacht, "dan kunnen we samen gaan." - "Ik ben nog niet zover," antwoordde de spin, "ik moet eerst naar je broers de zon en de maan. Zij worden ook verwacht." - "Blijf dan toch minstens eten," drong Esum aan, en hij gaf Anansi geroosterde maïs. Toen die op was zette Anansi zijn tocht voort.
Aangekomen bij Osrane de maan sprak hij: "Je vader heeft gezegd dat je bij hem moet komen." - "Goed," antwoordde de maan, maar voor hij ging plette hij wat yam en bood de spin een maaltijd aan. Na het eten liep Anansi naar het dorp van Owia de zon. Opnieuw sprak hij: "Je vader heeft gezegd dat je bij hem moet komen." Daar had de zon geen bezwaar tegen, maar ook hij wilde Kwaku Anansi te eten geven en slachtte een schaap voor hem. Daarna gingen ze op pad.
Toen ze bijna in het dorp van de hemelgod aankwamen fluisterde Anansi: "Luister, Owia. Je vader wil vandaag de kwestie van zijn opvolging regelen. Hij heeft een stoel zwart geschilderd. Hij zou het liefste hebben dat jij in zijn voetstappen treedt. Vanochtend heeft hij een yamwortel opgegraven. Diegene onder jullie die de naam van de yam kan zeggen, krijgt de stoel en daarbij ook de waardigheid van zijn opvolging. Welnu, het gaat over een kintinkyi-yam. Vergeet het niet. Om je te helpen neem ik twee trommen mee. Als iemand op de kleine trom speelt klinkt het zo: firi bomo firi bomo. Dan zal de grote trom antwoorden: kintinkyi bomo kintinkyi bomo. Vergeet het niet."
Toen kwam iedereen samen op het erf van de hemelgod. Plechtig nam die het woord: "Mijn zonen, ik heb jullie laten roepen voor een belangrijke aangelegenheid. Zien jullie hier deze zwartgeschilderde stoel? En zien jullie ook die yamwortel daar? Diegene onder jullie die de naam van deze yamwortel weet krijgt de stoel en zal mij opvolgen. Esum de nacht, jij bent mijn oudste zoon. Jij mag beginnen."
De nacht dacht diep na en zei: "De yam heet pona." Alle mensen riepen: "Ye-e-e-el" - "Miin tweede zoon Osrane de maan mag het zeggen." De maan sprak: "De naam van de yam is asante." Opnieuw riepen de mensen: "Ye-e-e-el" - "Nu mijn twee oudste kinderen gesproken hebben is de jongste aan de beurt. Zon, hoe heet deze yam?" Prompt sloeg Kwaku Anansi op de kleine trom: firi bomo firi bomo! En de grote trom antwoordde: kintinkyi bomo kintinkyi bomo!
Zelfverzekerd stapte Owia naar voren en sprak: "Toen ik nog heel klein was nam miin vader Nyankopon me dikwijls mee op ziin wandelingen. Hii heeft me toen de namen van alle yamsoorten geleerd, en ik ben niets vergeten. Dit is een kintinkyi-yam." Iedereen riep drie keer: "Eeeee, eeeeee, eeeeee!"
Nyankopon sprak zijn oordeel uit: "Miin beste Esum, jij bent de oudste maar je bent erin geslaagd alles wat ik je geleerd heb te vergeten. Daarom beslis ik hier en nu dat alle kwaadaardige dingen hun oorsprong zullen vinden tijdens de nacht. En ook jij, Osrane, hebt mijn woorden niet onthouden. Daarom zullen alleen kinderen in je licht spelen. Jij daarentegen, Owia, hebt mijn lessen niet vergeten. Jij hebt mijn raad ter harte genomen. Jij zal de leider ziin. Telkens als er iets van belang geregeld moet worden zal dat overdag gebeuren, onder jouw wakend oog."
* * *
Samenvatting
Een anansi-verhaal uit Ghana. De hemelgod Nyankopon wil zijn opvolging regelen en laat zijn drie kinderen - zon, nacht en maan - bij hem komen. De spin Anansi helpt hem een handje.
Toelichting
Ashanti, Ghana.
Trefwoorden
anansi, ontstaansmythe, anansi-verhaal, ghana, hemelgod, maan, zon, troonopvolging, nacht, schelmenverhaal, veer
Basisinformatie
- Herkomst: Ghana
- Verhaalsoort: anansi-verhaal, ontstaansmythe, schelmenverhaal
- Leeftijd: vanaf 9 jaar
- Verteltijd: ca. 7 minuten
Thema
Meer verhalen van Anansi
Bron
"Afrikaanse dierensprookjes" verzameld door Kris Berwouts. Uitgeverij Elmar, Rijswijk, 2000.
Populair
Verder lezen