dinsdag 19 maart 2024

Volksverhalen Almanak


De muskiet en de mestkever


Op een dag ontmoette de muskiet de mestkever en zei tegen hem: "Luister goed naar me. De oude Senor, bij wie ik werk, heeft een mooie dochter. Hij wil haar alleen maar aan iemand uithuwelijken, die goud voor hem meebrengt. Als je kunt vinden wat hij wil hebben, krijg je dat meisje tot vrouw..."
De mestkever was blij met de raad en hij begon er mee om ook bij de oude Senor te gaan werken. En hij zag, dat de muskiet werkelijk niet gelogen had, de dochter was heel mooi en de oude Senor vertelde het hem nogmaals, dat hij zijn dochter alleen gaf aan iemand, die goud voor hem meebracht.
Maar goud - hoe kon hij aan goud komen? De mestkever kroop over velden en weiden en de muskiet vloog van moeras naar moeras.
Eindelijk na ongeveer een maand, bereikte de mestkever de rivier en zie - wat een wonder - een korreltje puur goud! Het fonkelde in het zand van de rivier.
De mestkever moest al zijn krachten gebruiken om het uit het rivierzand te rollen. Maar eindelijk had hij het voor elkaar. Hij rolde de gouden kogel als een bal voor zich uit en zong van vreugde een liedje:
"Ik rol het goud, ik rol het goud
het heertje ben ik gauw
ik rol het goud, ik rol het goud
straks heb ik ook een vrouw."
Toen de muskiet het vrolijke gezang hoorde, vloog hij nieuwsgierig rond. Maar nauwelijks had de mestkever het goud aan zijn vrind laten zien of de muskiet zoemde: Je verheugt je tevergeefs. Die gouden bal is van mij! Ik heb die hier alleen maar bewaard, om nog meer goud te zoeken."
"Neem hem dan maar - je goudkogel," zei de kever goedig.
De muskiet beproefde steunend en zuchtend al zijn krachten om de gouden bal voort te rollen, maar die bewoog zich niet. "Zing dan een beetje, misschien gaat dat wel beter!" raadde de mestkever aan.
De muskiet zoemde:
"Ik rol het goud, ik rol het goud
het heertje ben ik gauw!"
"Je moet zingen als je kunt zingen," zei de mestkever. Hij had, toen de gouden kogel niet wilde rollen, het zijne er van gedacht.
Hij rolde de kogel nu weer zelf verder en de muskiet vloog weg. Dacht je nu dat de muskiet het had opgegeven? Oh nee, in tegendeel! Met grote haast vloog hij naar het huis van de oude Senor en riep zo gauw de poort achter hem dichtsloeg: "Goud! Ik heb goud gevonden!"
De oude Senor stak zijn hoofd uit het raam en keek rond op de binnenplaats. Daar was al het personeel al bij elkaar gekomen. "Breng me het goud gauw!" riep de oude Senor, "je krijgt daarvoor mijn dochter."
"Je zult zien dat ik mijn belofte houd."
De muskiet vloog als de wind zo snel naar de mestkever om hem nog meer haast te laten maken. De mestkever gunde zich geen tijd om uit te blazen. Hij rolde de kogel voor zich uit, steeds sneller en sneller en tegen de middag was hij al op de plaats van bestemming.
De muskiet zei: "Je bent vies en vol stof. Zo kan je je niet aan de Senor laten zien!"
De mestkever vermoedde niets slechts; hij liep terug naar de rivier en nam een bad. Toen hij daarna weer bij het huis kwam, bleef zijn mond open van verbazing. De muskiet zat naast de bruid aan een tafel en vertelde haar uitgebreid van de enorme inspanningen van het goudzoeken.
"Wacht maar vriendje, je zult niet lang met valse veren pronken," dacht de mestkever en hij bleef in de huisdeur, naast de goudkogel staan.
De muskiet praatte en praatte met zijn schelle stem, totdat de vader van de bruid vroeg: "Breng het goud eens hier!"
De muskiet vond direct allerlei uitvluchten - hij was te moe, hij had pijn in de rug... Maar de Senor hield vol.
Er bleef voor de muskiet niets anders over, hij moest de kogel bewegen. Maar hoe hij zich ook inspande, de gouden kogel bleef waar hij was.
Nu kwam de mestkever naar voren en zei: "De muskiet is een opschepper en een leugenaar. Ik heb de gouden kogel gevonden en hem ook hier gebracht..."
"Een opschepper en een leugenaar!" riep de oude Senor. Hij pakte zijn vliegenmepper en sloeg de muskiet dood.
Daarna gaf de Senor zijn dochter aan de mestkever.
*   *   *
Samenvatting
Een fabel van het Haida-volk (Kaigani) uit Brits-Columbia (Canada). De muskiet vertelt de mestkever, dat de Senor voor wie hij werkt zijn dochter beloofd heeft aan degene die hem goud brengt. Wanneer de mestkever één klein goudkorreltje vindt, rekent hij zich al rijk. Maar als hij zijn vondst aan de muskiet verklapt gaat deze met de eer strijken. Of toch niet?
Toelichting
De Haida (Xa'ida, 'mensen') is een Noord-Amerikaans inheems volk dat voorkomt op de Koningin Charlotte-eilanden in Brits-Columbia en op een gedeelte van Prins van Waleseiland in het zuidoosten van Alaska, hetgeen zij gedurende de Wapiti-oorlog veroverden op de concurrerende Tlingit-volk in de 18e eeuw. Hun primaire bezigheden zijn vissen, houthakken en het jagen op Wapiti-herten.
Trefwoorden
Basisinformatie
Thema
Populair
Verder lezen