zaterdag 7 december 2024

Volksverhalen Almanak


De sage van de scheve toren


In heel, heel oude tijden stonden in de Dordogne twee sterke kastelen. Het ene werd bewoond door de Baron La Tour met zijn enige dochter, de beeldschone Yolande, en het andere door de Baron de Lostanges, wiens vrouw gestorven was, hem geen andere kinderen nalatend dan hun zoon Amaury, een dappere jongeling en de oogappel van zijn vader.
Toen ze nog kinderen waren, hadden Amaury en Yolande dikwijls met elkaar gespeeld en zo was er tussen hen een innige liefde ontstaan die door niets was uit te roeien. Ze bleven elkaar trouw, ook toen er tussen hun vaders een hevige twist ontstond over een aan hun beider bezittingen grenzende strook land, welke twist aangroeide tot een onverzoenbare vete.
Ach, ze begrepen wel, dat geen van beiden ooit zijn toestemming zou geven tot een huwelijk van zijn kind met dat van zijn vijand en ze leden in stilte, zonder aan iemand iets van hun gevoelens te verraden. Hun enige troost bestond daarin, dat ze elkaar tenminste nog af en toe vanuit de verte konden zien. Yolandes vertrekken lagen namelijk in de linkertoren van haar vaders kasteel, vanwaar men alles kon zien wat op het voorplein van het kasteel van de Lostanges gebeurde.
En zo zat ze dan dag aan dag voor het raam van haar kamer, in schijn spinnend of bordurend, in haar gebedenboek bladerend of zich in de een of andere ridderroman verdiepend, maar in werkelijkheid voortdurend haar aandacht vestigend op het voorplein van het kasteel van de Lostanges.
Op dit voorplein vertoonde zich namelijk dikwijls de gestalte van haar geliefde, zijn paarden dresserend of spelend met zijn honden. En op zulke ogenblikken klopte Yolandes hart alsof het zou barsten. En hoe trots voelde ze zich, als ze hem uit de poort te voorschijn zag komen, gezeten op een vurig ros in zijn blinkend harnas en de helm met de vederbos op het hoofd! Hoe beefde ze als hij ten strijde trok en hoe gelukkig was ze als ze hem als overwinnaar zag terugkeren!
Eens, op een mooie herfstdag, zag ze hem 's morgens op jacht gaan te midden van een gezelschap vrolijke vrienden. Die hele dag volgden haar gedachten hem en toen hij eindelijk 's avonds alleen naar het kasteel van zijn vader terugreed, zag ze hem, bij het licht van de volle maan, al van verre aankomen, langzaam rijdend, als in diepe gedachten verzonken. Het was zo stil, zo stil! De maan goot haar zilveren stralen over het veld en de slapende rivier en van uit het bos vernam Amaury voortdurend het zachte geritsel van vallende herfstbladeren, die neervielen in het mos. Ja, het was een wondermooie avond en misschien deed de lieflijkheid van de natuur rondom hem de jonge ridder nog meer dan anders aan zijn schone geliefde denken. En Yolande, aan haar torenvenster gezeten, zag hem al nader en nader komen in de maneschijn...
Ze wist, ze voelde waaraan hij dacht, en ook haar verlangen ging zo sterk naar hem uit, dat hij eindelijk - in plaats van regelrecht naar Lostanges te rijden - de teugel wendde en nu zachtjes, zachtjes de toren naderde, waarbinnen zijn geliefde Yolande misschien lag te slapen.
Sliep ze? Nee, dat wist hij wel beter! Hij voelde het aan het kloppen van zijn hart dat ze nog wakker was! Meteen hief hij de ogen op naar het raam van haar kamer - en zie, daar stond ze, zich zo ver ze kon vooroverbuigend en hem met haar hand een groet toewuivend.
Bij het licht van de maan kon hij haar stralende blauwe ogen zien - haar zachte ogen, wier blik hem verried, hoe lief ze hem nog altijd had. Ja, thans durfde hij ook haar van zijn liefde te spreken en haar te zeggen hoe hij altijd, altijd aan haar dacht en naar haar verlangde.
Eén ogenblik waren ze volkomen gelukkig, nu ze eindelijk eens konden uitspreken wat er in hen omging en elkaar eeuwige trouw zweren, ook al zouden hun vaders nooit en te nimmer hun toestemming voor een huwelijk geven. Liever wilden ze allebei in een klooster gaan dan ooit met een ander voor het altaar treden, dat beloofden ze elkaar.
Amaury probeerde telkens weer, zich zo hoog op te richten in zijn stijgbeugels, dat hij haar handen, die ze vol verlangen naar hem uitstrekte, één ogenblik in de zijne zou kunnen nemen. Maar helaas, het raam van de toren was al te hoog - het ging niet! Ach, hoe verlangden ze naar elkaar! Hoe graag zouden ze met één enkele kus hun verbond hebben willen bezegelen! O, die marteling, zo dicht bij elkaar te zijn en elkaar niet te kunnen bereiken! Zo wanhopig waren die twee jongeren, dat eindelijk zelfs de oude stenen toren het niet langer kon aanzien.
Langzaam - langzaam - in al zijn binten krakend - boog hij zich voorover - net zover dat de geliefden elkaar de verlovingskus op de lippen konden drukken - de eerste en de laatste kus die ze ooit wisselden. Maar de toren had zijn krachten overschat! Wel had hij zich een eindje kunnen overbuigen, maar terug kon hij niet!
Groot was de verbazing van de kasteelbewoners, toen ze de volgende ochtend ontdekten, dat de linkertoren geheel scheef stond! Eerst werd er gedacht aan een verzakking en de baron liet de knapste bouwmeesters er bij roepen om de toren te herstellen en die weer recht te zetten. Maar het bleek dat er niets verzakt was. Hoe de toren zo scheef was komen te staan, begreep niemand - want hij bleek sterk genoeg te zijn om zelfs de eeuwen te kunnen trotseren.
En hem weer rechtop zetten? Nee, daar was geen sprake van! Dat kon niet! Scheef was hij en scheef bleef hij, en nog heden ten dage, nu van het hele kasteel niets over is dan een ruïne, staat daar nog altijd de 'scheve toren'. En het volk in de omgeving vertelt graag zijn geschiedenis aan elke vreemdeling die er interesse in heeft. Maar hoe het met de twee ongelukkige geliefden is afgelopen vermeldt de overlevering niet.
*   *   *
Samenvatting
Een Frans volksverhaal over een onmogelijke liefde. Een vete tussen twee naburige kasteelheren maakt het voor twee geliefden onmogelijk bij elkaar te komen. Toch verschijnt op een herfstavond de jongen onder het raam van het meisje, maar haar kamer ligt net te hoog om haar te kunnen bereiken. Dan buigt de toren zich een stukje zodat ze elkaar toch kunnen kussen...
Toelichting
Uit de Dordogne. Erg zoetsappig en romantisch, maar het idee van een zich buigende toren is wel orgineel.
Trefwoorden
Basisinformatie
Thema
Bron
"Oud-Fransche sagen, volksoverleveringen en sprookjes" bijeengebracht door S. Troelstra-Bokma de Boer. W.J. Thieme & Cie, Zutphen, 1930, p. 28-31.
Populair
Verder lezen